Wat wel en wat niet te doen
Hier vind je wat je als componist wel en wat je niet zou moeten doen. Het is geen complete cursus in compositie. Je zult hier niet veel over muziektheorie vinden. Alles wat ik je aanbied, is een gezond advies.
a. Gebruik indien mogelijk een tegenbeweging in de stemmen. Laat de ene stem stijgen als de andere daalt. Ofschoon een parallelle beweging goed kan klinken, zou je die niet vaak moeten gebruiken.
b. Vrees dissonanten niet. Dissonanten lijken in de 20ste eeuw te zijn uitgevonden, maar dat is niet zo. Ze waren er al in de Renaissance. Als je alleen consonanten gebruikt, zal je compositie saai worden.
c. Vrees consonanten niet. Consonanten lijken niet in de 21ste eeuw thuis te horen, maar dat horen ze wel. Als je alleen dissonanten gebruikt, zal je compositie saai worden. Bovendien, consonanten zijn natuurlijke overlevers.
d. Pas op voor parallelle kwinten en octaven. Ze kunnen fraai klinken, maar beginners laten ze meestal onbewust ontstaan, zeker wanneer ze een opeenvolging van akkoorden schrijven. Daarom zou je zoveel mogelijk tegenbeweging moeten gebruiken, om parallellen te vermijden.
e. Het is beter om het meest opwindende deel van je compositie niet te snel te laten optreden. Het hoogtepunt op ongeveer tweederde van de compositie (qua tijdsduur) wordt meestal als aangenaam ervaren.
f. Schrijf de muziek die je zelf graag zou willen horen. Schrijf nooit muziek waarvan je denkt dat een ander die zou willen horen, zeker niet 'kunstkenners'. Modieus proberen te zijn, is ouderwets.
g. Werk niet te lang aan een compositie. Neem regelmatig afstand. Ga een stukje wandelen, lees een boek of ga naar bed.
h. Alleen een dapper componist durft in C majeur te schrijven. Je hebt nauwelijks kruisen en mollen tot je beschikking om een gebrek aan ideeën te verbergen.
i. Schrijf regelmatig muziek. Denk niet dat je altijd inspiratie moet hebben. Al prekende komt de roeping. Als je niet weet wat te schrijven, speel dan eerst muziek van een andere componist.
j. Het is niet de taak van de uitvoerenden om iets fraais te maken van een waardeloze partituur. Doe je best, schrijf zo duidelijk mogelijk en reken niet op een wonder.
k. Denk niet dat je wegkomt met een slechte compositie door die modern of grappig te noemen. Je houdt alleen jezelf voor de gek. Zorg dat je weet wat je doet.
l. Je moet alleen zijn, om te kunnen componeren. Als componist heb je een eenzaam beroep. Als je er niet tegen kunt om alleen te zijn, kun je beter een andere hobby of beroep kiezen.
m. Schrijf geen muziek in grote haast. Je hoort ontspannen te zijn. Neem er de tijd voor.
n. Probeer in contact te zijn met je innerlijk, wanneer je componeert. Daardoor zal je muziek speciaal worden voor anderen.
o. Als je een eerlijk advies nodig hebt, vraag dan niet je dierbaren om raad. Zoek een bevoegd leraar of een geschoold componist. Indien nodig, betaal voor een advies. Uiteindelijk bespaar je daarmee geld.
p. Denk niet dat je werk altijd origineel moet zijn. Nieuwe ideeën komen voort uit oude. Leer de oude technieken beheersen en ontwikkel jezelf als componist. Als je tijdens het componeren er in slaagt je innerlijk te laten spreken, is je muziek altijd de moeite waard.
q. Word niet boos, als niemand je muziek wil uitvoeren. Vraag jezelf eens af, of je misschien meer studie en ervaring nodig hebt.
r. Als je steeds vast komt te zitten na een paar maten, schrijf dan niet meer dan een paar maten per keer. Zoek afleiding, ga tussendoor wandelen, maar forceer jezelf niet. Als je eenmaal op gang bent gekomen, kun je langer aaneen schrijven.
s. Gooi nooit een oude compositie weg. Ben er zuinig op, maar deel niet alles met iedereen, behalve dan met je dierbaren.
t. Een lange compositie is niet per definitie beter dan een korte. Een symfonie is niet altijd beter dan een werk voor solo. Geen enkel geschoold musicus houdt kwantiteit voor kwaliteit. Componeer een strijkkwartet, als je per se indruk wilt maken.
u. Ben niet bang, dat je werk op dat van een bekend componist lijkt. Je werk lijkt altijd op dat van iemand anders.
v. Een kunstenaar zijn, houdt niet in dat je je als een idioot moet gedragen. Je schrijft echt geen betere muziek door een gek hoedje te dragen, noch hoef je op een Franse verkoper van uien te lijken.
w. Een goede titel is belangrijk, maar overdrijf het niet. Als je een korte compositie een lange titel geeft, kan men denken dat je grappig probeert te zijn.
x. Als je alles wat er te leren valt over muziektheorie geleerd hebt, probeer het dan zo snel mogelijk weer te vergeten, anders kun je geen muziek schrijven.
y. Je moet in jezelf geloven. Als je denkt dat je een slecht componist bent en dat je nooit iets zult schrijven wat de moeite van het aanhoren waard is, dan zou je een andere hobby moeten zoeken.
z. Als je nooit je eigen muziek speelt, noch wilt horen hoe een ander jouw muziek speelt, ben je niet eerlijk tegenover jezelf.